Veenendaal

Het voornemen van SP-fractievoorzitter Jan Breur om Koninginnedag te behandelen als ieder ander jaar - door het formele gedeelte bij te wonen - heeft hem in een positie gebracht die hem niet gelukkig stemde.

Foto: Ronald Veen

Voor raadsleden, gedecoreerden en gasten uit Olomouc was er een speciaal vak gereserveerd. Helaas bevond dit vak zich niet NAAST maar PAL VOOR een vak dat bedoeld was voor schoolkinderen, en ontnam daarmee hun zicht.

Het 'hotemetoten-vak' was nog niet eens voor een derde gevuld, maar kinderen die zich hier waagden werden weggestuurd door de verantwoordelijke ambtenaren. Breur: "Misschien terecht, maar je voelt je er wel ongemakkelijk bij."

Toen uiteindelijk kinderen in het vak gedoogd werden, hoefden ze nog niet te rekenen op een plek waar ze de koninklijke familie konden zien.

Een bemiddelingspoging van Breur om een meisje vooraan in het vak te krijgen, strandde omdat een mede-raadslid niet mee wilde werken.
Ondertussen liet een decoranda twee andere meisjes weten dat ze "hier niet hoorden te zijn" en ze "geenszins bereid was 'haar plekje' op te offeren aan hen" - hoewel ze prima over ze heen had kunnen kijken.

Hoe langer het duurde, hoe ongemakkelijker Breur zich voelde in deze situatie.

"Zal ik je optillen, zodat je het kunt zien?" vroeg hij aan een kind van een jaar of 5, dat anders gedoemd was om tegen notabele benen te staren. Van dit aanbod maakte ze dankbaar en enthousiast gebruik.

Breur: "Het is prima dat er een vak voor raadsleden en dergelijke is ingedeeld. Alleen de locatie en grootte ervan vielen ongelukkig uit. In plaats van bij te dragen aan het feest, stonden we nu in de weg. Dat is jammer."