Veenendaal

Voorzitter,

Eigenlijk hoor ik hier nu niet te staan. Uit het feit dat voor het zomerreces een overleg heeft plaatsgevonden tussen Raad en College, waarbij de oppositie niet uitgenodigd was, komt naar voren dat de uitwerking van de Motie van Treurnis een zaak is tussen de coalitiepartijen en hun wethouders. Mijn fractie neemt het College het dan ook kwalijk dat er niet met de oppositie is gesproken ? en neemt het de coalitiepartijen kwalijk dat zij het College niet op deze omissie hebben gewezen. Het College kennende hadden zij de fout onmiddellijk hersteld, dus welk belang had de coalitie bij het buitenspel houden van de oppositie? Wellicht valt het mijzelf ook kwalijk te nemen, niet zelf hierover aan de bel te hebben getrokken. Maar een raadslid hoeft toch niet te bedelen om mee te mogen praten over de inrichting van het bestuur? Dat is immers al zijn recht en zijn taak, gegeven door de burgers die hem gekozen hebben.

Dit gezegd hebbende, weerhoud ik mij er niet van om namens mijn fractie een oordeel te vellen over de stappen die het College heeft gezet na het unaniem aannemen door de raad van een door de coalitiepartijen ingediende Motie van Treurnis. De portefeuillehouder van Sport, Welzijn en Geluk is met vlag en wimpel geslaagd. Hij is van het zwembaddossier af, en heeft twee dossiers hiervoor teruggekregen waarover een raadsbrede consensus bestaat dat deze bij hem thuishoren ? te weten de uitvoering van de WMO en het Centrum voor Jeugd en Gezin. Daarnaast zijn er belangrijke stappen gezet in de informatievoorziening richting de raad. Ook hiervoor hulde.

Maar, hiermee is het verhaal niet afgelopen.

Uitgerekend de portefeuille die in de analyse van mijn fractie ? alsmede in de analyse van de rest van de raad ? het meest onder vuur lag, is onbewogen gebleven. De uitvoering van het centraliseren van de financi?le functie en de controlfunctie is van een dusdanig niveau dat het meer weg heeft van een paniekaanval dan van een bewuste, gerichte stap. De quickscan majeure projecten biedt weinig verheldering en daardoor even weinig geruststelling. Voorzitter, deze zaken maken dat ik niet met droge ogen kan beweren dat de Motie van Treurnis voldoende is uitgevoerd ? hoe graag ik dit ook zou willen.

Voorzitter, deze raadsperiode zou een gezond Veenendaal markeren, maar ik constateer een etterende wond in het bestuursorgaan. Mijn fractie is bang dat als wij nu doen alsof alles in orde is, deze wond nooit zal helen. Als raad moeten wij nu gaan voor genezing, of het genadeschot geven. Maar aan het ge?tter moet vanavond een einde komen.

Vandaar dat iedere fractie vanavond duidelijk moet maken waar zij staat. Met name de coalitiepartijen moeten nu kleur bekennen. Wie voor het reces nog de grote broek aanhad en de termen ?onbegrijpelijk, onnavolgbaar en nadrukkelijk ongewenst? in de mond nam, moet nu koersvast blijven. Ik zou in elk geval ervoor kiezen om mijn geloofwaardigheid te behouden als mijn fractie onderwerp van geruchten was.

Ik hoop dat het College bereid is om verder te bewegen en de Motie van Treurnis alsnog naar behoren uit te voeren, zodat we na vanavond echt aan de slag kunnen aan een gezond Veenendaal.

Dank u wel.