Veenendaal, dorp dat tot stad is gegroeid?
Veenendaal, dorp dat tot stad is gegroeid?
De vraag of Veenendaal een dorp of een stad is, is nooit beantwoord. En het is nog maar de vraag of er wel een eenduidig antwoord is. Een stad is immers wat wij zijn, een dorp is wie we zijn. De 60.000 inwoners ruim gepasseerd, een bovenregionaal aantrekkelijk winkelgebied, en - ja ook - grote stedenproblematiek staan tegenover het feit dat we elkaar begroeten op straat, de waarde die we hechten aan traditie en de sterke sociale structuren in onze verenigingen en kerken.
Jaarlijks, bij de Koninginnedagaubade zingen onze kinderen uit volle borst het Veenendaals Feestlied, met als refrein: "Veenendaal, dorp dat tot stad is gegroeid/stad waar veel moois van een dorp ook nog bloeit". Een betere analyse van Veenendaal is niet te geven.
Bij de grootschalige opknapbeurt van ons winkelgebied moet deze tweespalt gewoon worden erkend. Natuurlijk heeft Veenendaal stadse aspecten. Daarvoor is Brouwerspoort geschikt. Grote bouwvolumes, waarin veel grootse zaken gebeuren; denk aan de Cultuurfabriek. Maar de Dorpse kant van Veenendaal laat zich niet uitvlakken, en zal op de een of andere manier ingepast moeten worden.
Welke plek is daar geschikter voor dan het gebied dat al sinds mensenheugenis "het Dorp" heet? Hoofdstraat, Hoogstraat en de kop van de Zandstraat zijn de parel van het dorp Veenendaal, en de uitgelezen plek om die identiteit uit te dragen.
Op discussieavonden hebben veel Veenendalers nagenoeg unaniem laten weten dat zij graag het historische, dorpse karakter in dat gebied zien behouden en versterkt worden. Zij willen een winkelkern waarin ze zichzelf herkennen: gemoedelijk, vriendelijk en vertrouwd. Een zakelijke, megalomane uitstraling zou niet bij ons passen. Onze ondernemers zijn harde werkers, maar wel de harde werkers die er zijn voor hun klanten. Dit persoonlijke zit in de vezels van Veenendaal.
Een historisch, dorps winkelgebied ziet er ook gezellig uit. En die gezelligheid is de troef die wij nodig hebben in deze tijd. Grote winkelketens zijn overal te vinden, internetwinkelen gebeurt steeds meer en wordt steeds makkelijker. Wat trekt mensen nog naar een winkelgebied? Gezelligheid.
Uit onderzoek blijkt dat winkelkernen met veel historisch erfgoed een plus zijn voor de economie. Dat erfgoed - monumenten en beeldbepalende panden - verdient het dan ook om tot zijn recht te komen. Dus niet te worden verdrukt door grote panden, of door panden met veel glas, plastic en/of aluminium weg te worden geschreeuwd. Er moet dus een omgeving worden geschapen die past bij het erfgoed: een dorpse Hoofdstraat.
In de gemeenteraad heeft de SP zich daarom ingezet voor een sfeervol "Dorp", waarbinnen de ondernemer volop de ruimte krijgt een goede winkel neer te zetten. Veenendaal is een dorp dat tot stad is gegroeid, maar het mooie van een dorp zal hier altijd blijven bloeien.
Deze tekst is door mij geschreven en afgelopen zaterdag gepubliceerd in 'de Gelderlander'.
- Zie ook:
- Jan Breur