h

Vereniging MARTIJN

10 juli 2012

Vereniging MARTIJN

De Vereniging MARTIJN gaat in hoger beroep tegen de gerechtelijke uitspraak van vorige week dat de pedoclub verboden maakte. Ze beroepen zich daarbij op de vrijheid van meningsuiting.

Vandaag de dag is het (gelukkig) ondenkbaar dat een pedofielenorganisatie enige voet aan de grond kan krijgen. Ze zijn net zo gemarginaliseerd als de Nazi's. En hoewel hun doelen verschillen van aard, verschillen ze niet in walgelijkheid.

Hoe walgelijk ook, in een niet al te grijs verleden beschikte het belang van de pedofiel enige salonfahigkeit. Ondenkbaar, maar waar.

Natuurlijk; de profeet Mohammed was getrouwd met een negenjarig meisje (waarmee haar vader hem bij wijze van relatiegeschenk mee opzadelde). En de wijsgeer Plato had 'omgang' met jonge knullen.
Maar er zijn ook recenter voorbeelden te noemen.

Edward Brongersma (1911-1998); Eerste-Kamerlid namens de PvdA, was lid van 'Martijn'. Hij zette zich politiek in voor lossere zedenwetgeving, en werd daarvoor onderscheiden als Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw (1975) door Koningin Juliana zelf. En daarbovenop een buitenlandse onderscheiding: het Commandeurskruis Chileense Orde van Christus van Portugal. Dat is niet niks.

Ook GroenLinks-politicus Gijs Ketelaar mag zich tot het weinig illustere groepje bekende ex-leden van 'Martijn' rekenen. Datzelfde geldt voor zijn partijgenoot Matthieu Heemelaar. Oud-partijvoorzitter Herman Meyer van deze partij was bekend pleitbezorger van de 'pedofiele zaak'. En in 2006(!) was de volgende zin nog op de GroenLinks-website te lezen:
"In een ideale maatschappij zouden mensen van alle leeftijden bescherming tegen ongewenste intimiteit en seksualiteit moeten hebben en zou er daarnaast ook een recht voor iedereen zijn om gewenste intimiteit en seksualiteit te beleven."

PvdA, VVD en D66 waren in 1995 tegen een verbod op kinderporno. In 2002 stemden deze partijen tegen aanscherping van het verbod op pedofilie.

Ja, tot voor kort was pedofilie geaccepteerd in de politieke mainstream. Zoals ik al betoogde, is dat tegenwoordig ondenkbaar. 'MARTIJN' is een verboden vereniging geworden en 'pedojagers' duiken overal op. Anno 2012 is de pedofiel een paria.
En hoewel de dames en heren kinderlokkers niet op mijn sympathie hoeven te rekenen, is het ergens wel jammer dat het onderwerp in de taboesfeer is beland. Niet dat ik mij nu ga uiten als pleitbezorger voor seks met kinderen; in tegendeel. Maar het kan geen kwaad om eens stil te staan bij de zin en onzin van onze huidige zedenwet. En - nog belangrijker - daaraan voorafgaand onze seksuele moraal.
En wel hierom...

- De aanvang van de pubertijd is tussen 1955 en 1980 enorm gedaald. Daarmee is per saldo ook de behoefte tot (seksueel) experimenteergedrag vervroegd in die tussentijd. Na 1980 is de aanvangsleeftijd van de pubertijd echter gestabiliseerd tot 10,7 jaar bij meisjes en 11,5 jaar bij jongens. De fysieke gronden van de discussie zijn sindsdien dus onveranderd gebleven; de maatschappij is echter wel veranderd, dus discussie is zinvol.

- Seksuele relaties tussen een volwassene en een kind zijn niet per definitie schadelijk. Dat blijkt uit onderzoek. Een tweetal voorbeelden hiervan zijn 'Jongens over vriendschap en seks met mannen' (1986) en 'Het belang van de ervaring' (1988), beide van de hand van Dr. Theo Sandfort. De Amerikaanse wetenschappers R. Bauserman, B. Rind en Ph. Tromovitch trokken vergelijkbare conclusies. En eerdergenoemde Edward Brongersma heeft een bibiotheek volgeschreven over pedofilie en aanverwante onderwerpen.

- De heksenjacht op pedofielen, en het taboe dat op het onderwerp rust, zouden daarentegen wel een negatieve uitwerking op kinderen kunnen hebben. Ze krijgen wantrouwen en paranoia aangeleerd, en leren niet hoe om te gaan met intimiteit en grenzen die daarbinnen gelden. Een overspannen houding kan een hele generatie verdoemen tot dader- en/of slachtofferschap.

- Geheel tegen de heersende moraal in, hijsen [ouders] hun kinderen wel in seksueel uitdagende kleding en laten hen make-up dragen. Uiteraard staat hen dat geheel vrij. Uiteraard geeft dit niemand het recht om zich aan [deze] kinderen te vergrijpen. Maar een open raam legitimeert evenmin inbraak. Wanneer je je kind seksuele signalen laat afgeven, moet je ervan bewust zijn welk effect dit kan oproepen. Laat kinderen alsjeblieft gewoon kind zijn - ook in hun kleding - en geen miniatuur-volwassene.

- Evenzeer tegen de heersende moraal, is het huidige schoonheidsideaal. Jonger is beter, is het devies. Rimpeltjes en lichaamshaar zijn verboten. Glittertjes op je kleding kunnen (hoe infantiel wil je het hebben). Twee staarten, of nog beter: vlechten, aan weerszijden van het hoofd met strikjes erin brengen dat 'ondeugende, meisjesachtige'. En welke man voelt er nu niet enige opwinding bij het zien van een jongedame in schooluniform?
Met een moeilijk woord is het schoonheidsideaal 'pre-adolescent'. Simpel gezegd: men valt op jong (ogend).

- De hypocrisie gaat verder. Terwijl daadwerkelijke seks met kinderen, en pornografische afbeeldingen en film(pje)s met/van/over kinderen (gelukkig) uit den boze zijn - ook wettelijk - geldt dat niet voor geschreven verhalen. En laten we het vooral geen literatuur noemen. Het internet staat nagenoeg vol met dit soort werk. Een oma die haar achtjarige kleinzoontje uitlegt (inclusief 'praktijkles') hoe het tussen de benen bij mannen en vrouwen werkt. Een alleenstaande buurman die zich 'laat verleiden' door zijn twaalfjarige buurmeisje.
Terwijl men massaal de huizen van pedofielen belaagt (en kinderen meeneemt op dergelijke expedities; zie Hengeloo eerder dit jaar), leest men thuis, op internet, zelf over onwettige, stomige seks tussen een volwassene en een kind. En reken maar dat deze verhalen goed gelezen worden...

Maken al deze zaken dat de zedenwet moet worden versoepeld op het gebied van seksuele omgang met minderjarigen? Of dat die leeftijd maar helemaal moet worden vrijgegeven, zoals GroenLinks zes jaar geleden nog bepleitte op haar website?
Nee.

Kinderen hebben recht op bescherming. Zeker tegen misbruik.
Ieder mens heeft recht op bescherming tegen misbruik; in die zin onderschrijf ik de eerste helft van het oude GroenLinks-pleidooi. Maar 'recht op gewenste intimiteit en seksualiteit'? Wat moet ik me daarbij voorstellen; zeker als het om kinderen gaat? Ik zou er niet voor pleiten.

Wat er wel moet gebeuren, is een brede maatschappelijke discussie. Waar willen we heen met 'onze' seksualiteit?
In hoeverre zien we jeugdigen als seksuele wezens, in hoeverre achten wij ze mondig in deze kwestie, in hoeverre achten we onszelf verantwoordelijk voor de bescherming van onze kinderen, welke consequenties zijn we bereid daaraan te verbinden, in hoeverre achten we seksuele relaties van minderjarigen schadelijk - en is zo'n relatie schadelijker tussen een minderjarige en een meerderjarige dan tussen twee minderjarigen, hoe zelfbewust zijn kinderen op het vlak van intimiteit, in hoeverre draagt ons gedrag bij aan dit zelfbewustzijn, in welke opzichten kunnen we kinderen als gelijkwaardig aan volwassenen beschouwen...
Een hele stapel vragen die zich laten samenvatten tot een hoofdvraag: 'hoe willen wij met (onze) kinderen omgaan in relatie tot seksualiteit en vice versa'.

Pas wanneer we die vraag - een vraag die geblokkeerd wordt door pedojagers - hebben beantwoord...
Pas wanneer we die grondige discussie met zijn allen zijn aangegaan...
Pas dan kunnen we zien of de zedenwet moet worden aangepast. En ik wil helemaal niet vooruitlopen op de uitkomst van dit debat; laat iedereen voor zichzelf bedenken: wil ik pedofielen buitenspel houden, of wil ik de hypocrisie uit mijn eigen (seksuele) moraal uitbannen?

De Vereniging MARTIJN had, net als de daaraan sterk gelierde politieke partij PNVD (Partij voor Naastenliefde, Vrijheid en diversiteit; 2006-2010), deze brede maatschappelijke discussie kunnen aanzwengelen.
Kunnen fungeren als een spiegel voor de samenleving.
Kunnen zeggen: wij zien seksualisering van de jeugd en verjeugdiging van seksualiteit in de samenleving. Dit vinden wij hiervan. Wat vindt u?

Van deze maatschappelijke discussie is het niet gekomen. De samenleving werd niet aangesproken op haar (seksuele) idealisering van jeugdigheid.
De vraag is, waarom een Vereniging Martijn, die toch is opgericht voor het bespreekbaar maken van het onderwerp, hier niet in geslaagd is.

Het antwoord is te vinden bij de reactie van een woordvoerder van 'MARTIJN' op het massa-misbruik van Robert M. op kinderdagverblijf 'het Hofnarretje' in Amsterdam.
"Het misbruik wat Robert M. heeft gepleegd keuren wij af," aldus de woordvoerder, "maar er zijn nog genoeg andere dingen die je met kinderen kunt doen."

En hiermee valt 'MARTIJN' door de mand. Het gaat ze niet om het onderwerp op een gezonde wijze bespreekbaar te maken. Ze willen enkel en alleen aan kinderen zitten. Ze geven niet om een algemeen belang; ze geven enkel om hun eigen lusten. En daar is geen maatschappelijke discussie op te bouwen.
Geen wonder dat hun aansluiting bij de politiek verdampt is. En gelukkig maar.

Maar dat laat onverlet dat de maatschappelijke discussie vroeg of laat gevoerd dient te worden. En zelfs als 'Martijn' het hoger beroep wint, is het niet meer de club die deze discussie kan of mag aanzwengelen. Het ontbreekt ze aan draagvlak en geloofwaardigheid.
Wie zou het dan wel moeten doen?

Het zou vanuit de politieke mainstream moeten komen. Mensen die het algemene belang voor ogen hebben in de discussie. Dit stuk zou misschien een begin zijn, maar er is meer nodig.
Zouden VVD, D66 en PvdA het aandurven om de nuances die ze in het verleden nog zochten (of zelfs voorbijgingen) in een modern jasje durven steken en weer uit te dragen?
Zou GroenLinks de rol van pleitbezorger voor seksuele vrijheid weer op zich durven nemen?

Ik kan het enkel hopen. Want nu is de seksuele moraal van dit land overgeleverd aan de extremisten. Religie-fanaten, pedojagers en viespeuken.
We verdienen beter.
We hebben beter nodig.

Wellicht dat de uitspraak in hoger beroep de discussie kan aanzwengelen. Hoe die ook moge uitvallen.

U bent hier