h

Wie krijgt welke straf?

7 november 2007

Wie krijgt welke straf?

Als politicus is het van belang om ook de andere partijen in de gaten te houden. En af en toe stuit je dan op een pareltje, zoals dit opiniestuk van Dylan Lochtenberg uit de nieuwsbrief Liberaal Veenendaal van de VVD. Zeer zeker de moeite van het lezen waard!

WIE KRIJGT WELKE STAF?

Tweede-Kamerlid Fred Teeven heeft zich hard gemaakt voor zwaardere straffen. Het aantal taakstraffen moet omlaag, voor zware delicten mogen deze niet meer worden opgelegd en er moeten minimumstraffen komen voor zware delicten.

De Nederlandse rechters straffen in deze visie te licht en houden geen rekening met de maatschappelijke tendens.

Ik ben het hier niet mee eens.

Als je een jong, bevlogen politicus in spé bent komt er onherroepelijk een moment dat je het een keer niet eens bent met je partij. Gelukkig bestaat er in deze liberale partij, mijn VVD, voor een ieder de mogelijkheid zijn of haar eigen mening te uitten.

In Nederland hebben we, als rechtstaat, een onafhankelijke rechterlijke macht. De volksvertegenwoordiging en de regering als wetgever maken de wetten en verordeningen die bepaalde handelingen strafbaar stellen, en daaraan een bepaalde mate van (maximum)straffen aan verbinden. Het geheel van deze noemen we het strafrecht. De uitwerking van deze wordt aan de rechter gelaten.

Daarvoor zijn een aantal redenen te noemen, zoals continuïteit in de rechtspraak en voorkomen van willekeur in straffen door de regering.

Voor dit stuk even het belangrijkste is de complexiteit van het strafrecht. De veelheid aan wetten, maar ook verdragen, jurisprudentie, literatuur e.d. zijn zo moeilijk te overzien dat het gestudeerde juristen vereist om deze goed toe te passen.

U zult zich afvragen, leuk en aardig, maar waarom moet het nou allemaal zo ingewikkeld? Doordat ieder misdrijf, ja ieder geval, anders is dan het andere zijn er bijna geen eenduidige regels te stellen voor de sanctie die er op een misdrijf staat. Die rare brei van wet en recht geven aan welke omstandigheden voor meer, of juist minder strafbaarheid kunnen zorgen.

Deze wijze van rechtspreken is essentieel voor onze rechtstaat, omdat hierin besloten ligt wat men (globaal) kan verwachten wanneer je een strafbaar feit pleegt.

In de media komen van tijd tot voorbeelden naar voren die een redelijk denkend mens doen fronsen. Ter voorbeeld, onlangs is er een taakstraf opgelegd voor het plegen van moord. Als ik dit zo hoor verbaast dat mij enorm. Het schokt mijn rechtsgevoel dat iemand voor moord daarmee weg zou kunnen komen. Wanneer ik je je er echter verder op inleest merk je dat er bepaalde omstandigheden waren. De persoon in kwestie was 16, het ging om medeplegen van moord waarbij hij zelf geen geweld had gebruikt en hij reclasseerde inmiddels weer goed.

De overige (meerderjarige) verdachten die de daad feitelijk pleegden hebben lange gevangenisstraffen gekregen.

Nu zeg ik niet dat een ieder het met deze uitspraak, of welke dan ook, eens behoort te zijn. De rechter is ook maar een mens en hij maakt een afweging op grond van de hem bekende feiten. Echter, zoals hiervoor betoogd, hij doet dit uit hoofde van zijn juridische kennis en, niet minder belangrijk, zijn grondwettelijke taak.

Hiermee raken we voor mij de kern van de zaak. Omdat ieder geval zo anders is moet er ruimte zijn voor de rechters om de omstandigheden mee te laten wegen. Is de vrouw die na jarenlange mishandeling door haar echtgenoot in een opwelling haar man dodelijk op het hoofd slaat even fout als een ander die met voorbedachten rade iemand uit wraak ombrengt?

Extreme voorbeelden, dat zeker, maar wel het soort dilemma waar rechters mee worstelen. Juist hiervoor hebben zij van de wetgever de ruimte gekregen om de juiste straf te bepalen.

Nog even over het slachtoffer. Het is voor mij volstrekt begrijpelijk dat het vanuit het oogpunt van een slachtoffer zaak is dat de dader zo zwaar mogelijk bestraft wordt. Een slachtoffer zal in de regel vergelding willen en dit rechtvaardig achtten.

Het strafrecht is naar mijn mening echter niet te gebruiken als een vervanging van privaatrecht, waaronder je een ander aansprakelijk kan stellen en geld, goederen en/of rechten kan vorderen om toegebrachte schade te vergoeden. In het privaatrecht zitten twee partijen letterlijk en figuurlijk tegenover elkaar, in het strafrecht wordt een verdachte door de staat (in de persoon van de officier van justitie) aangeklaagd. Vrouwe Justitia draagt niet voor niets een blinddoek, strafrecht draait in feite niet om het slachtoffer, maar om de dader. Het is niet de plek om, als slachtoffer, ?? je recht te halen??.

De kern van het strafrecht is het negatief sanctioneren van ??wederrechtelijke handelingen??, dure woorden voor fout gedrag dat de wet strafbaar stelt. Hoewel afschrikking en leedtoevoeging essentiële elementen van ons strafrecht zijn, gaat het hier ook om zaken als rechtszekerheid, reclassering en resocialisatie. Terugkeer in de maatschappij is een wezenlijk doel, dat bemoeilijkt wordt door lange gevangenisstraf.

Het bepalen van de juiste sanctie voor een bepaald strafbaar feit wordt in dit land uitgevoerd door goed opgeleidde juristen. Het idee dat de Nederlandse rechters licht zouden straffen klopt ook niet met de feiten. Uit internationaal vergelijkend onderzoek blijkt juist dat Nederland binnen Europa tot de strenger straffende landen behoort.

Het is jammer dat er veel misverstanden bestaan over de rechtspraak en dat daardoor de discussie te zwart-wit wordt dan de (redelijk ingewikkelde) stof verdient. Het is daarom dan ook goed dat de rechter meer aandacht gaat besteden aan het motiveren en toelichten van uitspraken.

Ook wij als bevolking moeten de rechter nauwlettend volgen of de strafmaat nog wel aansluit op wat wij maatschappelijk betamelijk vinden. Maar laten we hierbij wel de complexiteit en doelstellingen van het strafrecht, en de omstandigheden die voor ieder geval anders zijn, in acht nemen.

Straffen is maatwerk.

Dylan Lochtenberg

29 oktober 2007

Uit: Nieuwsbrief Liberaal Veenendaal

U bent hier