h

SCHRIFTELIJKE VRAGEN

26 februari 2013

SCHRIFTELIJKE VRAGEN

ONDERWERP: UITVOERING WMO

Geacht College,

Onlangs had ik een gesprek met een opa en oma, die ongerust zijn over de zorg voor hun gehandicapte kleinkind. Een jongen van drie jaar oud, met cerebrale parese; een aandoening die zich uit in spasticiteit, een verlamming aan de rechterhand, niet kunnen zitten en staan, zeer beperkt spraakvermogen, een gevoelige huid en veel kwijlen.

Het gezin waar het jongetje woont, heeft de bad- en slaapkamer boven. Dit betekent dat het jongetje dagelijks de trap op en af gedragen moet worden. Aangezien de jongen niet altijd drie jaar oud zal blijven, zal dit op termijn te zwaar worden voor zijn ouders. Omdat het onwaarschijnlijk is dat het jongetje zal leren omgaan met een traplift, is het noodzakelijk dat er op de benedenverdieping gelegenheid tot wassen en slapen voor hem is.
Echter, bij de aanvraag voor de benodigde aanpassingen aan de woningen krijgen de ouders nul op hun rekest. Bij het WMO-loket kregen zij zelfs te horen dat het jongetje maar in de keuken moet slapen.

Bij bespreking van deze casus in mijn fractie, bleek dat er meerdere vergelijkbare verhalen bestaan in Veenendaal.
Deze situatie noopt mij tot het stellen van de volgende vragen:

1.Deelt het College de mening van de SP dat bovenstaand relaas niet getuigt van uitvoering van de WMO zoals deze is bedoeld?
2.Het Model Veenendaal heeft als uitgangspunten 'stimuleren van eigen kracht', 'maatwerk', 'inwoner centraal' (art. 3), 'ondersteuning integraal op alle leefgebieden' (art. 4); (Model Veenendaal, par 1.1, uitgangspunten, p4). In hoeverre voldoet de weigering van deze ondersteuning aan die uitgangspunten?
3.Acht het College de keuken een geschikte slaapplaats voor een driejarig kind met een zware handicap?
4.Welke richtlijnen hanteert het College voor het toekennen en afwijzen van voorzieningen?
5.Heeft het College voldoende zicht op de uitvoering van de WMO, om dergelijke excessen in de toekomst te voorkomen?

Wij kijken uit naar uw gemotiveerde beantwoording.

Met vriendelijke groet,

J.P. Breur, fractievoorzitter SP

U bent hier