h

Zwarte Piet en Kapitaal...

2 december 2018

Zwarte Piet en Kapitaal...

Als er geen racistische intenties achter het vieren van Sinterklaas met Zwarte Pieten schuilen...
Als het de bedoeling is om Sint en Piet 'een vriend van ieder kind' te laten zijn...

Waarom liggen aanpassingen op dit feest dan zo gevoelig?
Om die vraag te kunnen beantwoorden, moeten we vooral kijken naar de witte kant van de pietendiscussie. Houd de Zware Van Nelle en de Schültenbrau paraat; want we gaan het hebben over de klassenstrijd!

Witte ongelijkheid

In een column in 'de Volkskrant', werd door Peter Giessen het volgende gesteld:

Volgens een peiling van Kantar had in 2017 ruim eenderde van de hogeropgeleiden begrip voor de mensen die Zwarte Piet discriminerend vinden, tegenover 18 procent in 2014. Onder lageropgeleiden had in 2017 slechts 8 procent begrip, evenveel als in 2014.

Op dit gegeven gaat Giessen nauwelijks dieper in. Dat wil zeggen: hij beschrijft dat bij lager opgeleiden een vertekend beeld bestaat over migratie, en dat lager opgeleiden hangen naar een retrotopie (een geïdealiseerd verleden dat nooit heeft bestaan), en dat deze droom giftig is.
Natuurlijk zal de elitaire Volkskrant het niet nalaten om de arbeidersklasse een trap te verkopen! Het is immers de krant wier kookrubriek mensen naar de 'groentejuwelier' stuurt, en waar zeer laatdunkend wordt geschreven over 'mensen die met de pan op tafel eten'. Dit kan er ook nog wel bij.
"Pro-Zwarte Pieten zouden zich ook moeten afvragen waarom er zo veel bitterheid kan ontstaan over iemand die niet bestaat," schrijft hij. En: "Veel hogeropgeleide stedelingen beschouwen het vasthouden aan Zwarte Piet als een nogal bekrompen vorm van identiteitszucht."

Maar... ere wie ere toekomt. Giessen is de eerste opiniemaker in de mainstream-media (die ik ben tegengekomen) die de pietendiscussie niet eenzijdig voert in termen van wit versus zwart, en die de witte mensen niet neerzet als een homogene kaste die baadt in privileges. En, hoewel hij geen scherp genoeg onderscheid maakt tussen de deplorabele blokkeerfriezen en neonazi's enerzijds en de gewone burger die zich zonder verbaal of fysiek geweld aan te meten vasthoudt aan tradities anderzijds, weet hij wel het klassenvraagstuk aan te boren en zelfs begrip te vragen voor de lager opgeleide niet-Randstedeling.

Elite

Giessen geeft terecht aan dat de indeling hoog/laag opgeleid een tamelijk grove is als het gaat om nationalisme. Maar dat weerhoudt hem er niet van om de verklaring voor deze sentimenten te zoeken in klasse (dit is mijn vertaling; hij bezigt de term 'klasse' zelf niet). De nuancerende opmerking die hij maakt is even terecht als de veralgemeniseerde kijk op klasse die daarop volgt: omwille van werkbaarheid ontkom je niet aan generaliseren.
Hij haalt het boek 'Retrotopia' van de Pools-Britse socioloog Zygmunt Bauman aan, waarin een belangrijke verandering in de samenleving wordt omschreven. En die ontwikkeling hangt, zo stelt Giessen, samen met het vasthouden aan Zwarte Piet:

Sinds de jaren tachtig maakte de sociaal-democratische droom van collectieve lotsverbetering plaats voor een liberale droom van individuele zelfontplooiing. ‘Het doel was niet meer een betere samenleving, maar het verbeteren van je eigen positie binnen een niet te verbeteren ­samenleving.'(...) Het is een samenleving die een onbarmhartige boodschap afgeeft aan iedereen die minder dan gemiddeld presteert. De onderkant ploetert steeds vaker in flexbaantjes, terwijl een kleine bovenlaag zich schaamteloos verrijkt. Maar ja, succes is een keuze. Ook de toekomst lijkt niet veel goeds te brengen. De robots staan al klaar om, in eerste instantie, eenvoudig werk over te nemen. (...) Het verlies van Zwarte Piet is een zoveelste verlies, opgelegd door een elite die zijn oren laat hangen naar een in hun ogen klein groepje activisten.

Giessen heeft hier een belangrijk punt te pakken: Zwarte Piet is niet 'één dingetje' dat de (witte) onderklasse kwijtraakt, maar het zoveelste. Hij beschrijft de positie van de arbeidersklasse prima - maar hij laat één ding na. Aan de rol die de elite speelt in dit geheel besteedt hij geen aandacht. Er wordt hooguit een bijzinnetje aan hun bestaan besteed, maar verder gaan ze vrijuit.
Terwijl juist de elite verantwoordelijk is voor de ontstane situatie.

  • Het is de elite die de neoliberale samenleving heeft gecreëerd, waarin de arbeidersklasse zoveel moet inleveren.
  • Het is de elite die de belastingdruk heeft verschoven van het grootbedrijf naar de hardwerkende burger.
  • Het is de elite die de pensioenpotten plunderen en de voorzieningen voor arbeidsongeschiktheid ontmantelen.
  • Het is de elite die studeren en de toegang tot zorg onbetaalbaar maakt voor de arbeidersklasse.
  • Het is de elite die profiteert van duurzaamheidssubsidies, die opgebracht worden door de arbeidersklasse.
  • Het is de elite die een multicultureel ideaal predikt, maar zichzelf eraan onttrekt in witte wijken, scholen en kantoren.
  • Het is de elite die baat heeft van de vervagende Europese grenzen, door arbeiders uit de verschillende landen te dwingen tot onderlinge concurrentie.

De elite knijpt de arbeider uit, en ontwricht de samenleving omwille van haar eigen individuele geluk en rijkdom.
Maar daar houdt het niet mee op...

Klassendiscriminatie

Niet alleen wil de elite haar kapitaal vergaren over de rug van de arbeider, ze wil zich ook boven hem verheffen. Een arbeider wil je niet zijn.
Dus kijkt men neer op SBS6, TV Oranje en het TROS Muziekfeest op het Plein.
Dus schrijft men laatdunkend over Zware Van Nelle, Schültenbrau, en eten met de pan op tafel.
Dus trekt men de legitimiteit en relevantie van de vakbonden in twijfel - al hebben de bonden maarliefst anderhalf miljoen leden.

Kritiek op de Europese Unie, of op internationale handelsverdragen (welke veelal in het nadeel van de arbeidersklasse werken) worden weggezet als nationalistisch en protectionistisch.
Zorgen over de integratie (waar vooral de arbeidersklasse mee te maken heeft) krijgen het stempel 'xenofoob'.
En wie zich inzet voor het behoud van voorzieningen die ten goede komen aan de arbeidersklasse (pensioenen, betaalbare zorg en onderwijs, sociale woningbouw) komt te boek te staan als conservatief.

En het is niet alleen de witte elite die zich hier schuldig aan maakt. Gloria Wekker memoreert vaak dat ze (vanwege haar huidskleur) op een bijeenkomst waar ze key-note speaker was, werd aangezien voor een garderobejuffrouw. Met deze anekdote wil ze aangeven hoe bevooroordeeld witte mensen zijn ten opzichte van donkere vrouwen. Maar onbewust en ongewild geeft ze ook aan neer te kijken op het beroep van garderobejuffrouw.

Waar we ons bewust van moeten zijn, is dat sociaal-economische klasse niet alleen wat zegt over je bankrekening en opleidingsniveau, maar een wezenlijk onderdeel is van je identiteit. Niet minder dan je etniciteit, gender, religie of geaardheid. Dat niet alleen; maar ook dat er langs de lijn van klasse gediscrimineerd wordt.
Een lid van de arbeidersklasse zal zichzelf niet gauw positief gerepresenteerd zien in de media. De Tweede Kamer wordt grotendeels bevolkt door mensen die zich nog nooit hebben drukgemaakt om de rekeningen aan het eind van de maand. En iemand in een trainingspak wordt met meer wantrouwen bejegend in een winkel, dan iemand in een colbert.

Intersectionaliteit en solidariteit

Terwijl het begrip voor mensen die Zwarte Piet als discriminerend ervaren bij de lager opgeleiden sinds 2014 stilstaat op 8%, was die bij hoger opgeleiden al van meet af aan hoger - en groeiende. Ik heb geenszins de illusie dat dit 'begrip' voortkomt uit een gevoel van solidariteit met donkere mensen. Voor de elite is de hele pietendiscussie een nieuwe manier om zich af te zetten tegen - en zich te 'verheffen' boven - de arbeidersklasse.
Het is niet voor niets dat iemand die zich vastklampt aan een burgermanstraditie op dezelfde hoop wordt gegooid als agressieve neonazi's. Zelfs Peter Giessen, die het opneemt voor de arbeidersklasse, maakt in zijn column geen onderscheid tussen de luidruchtige blokkeerfries en de zwijgende meerderheid.
Geen weldenkend mens zal het in zijn hoofd halen om alle moslims op één hoop te gooien met Osama Bin Laden en Mohammed B. Niemand met een beetje verstand zal alle LGBTI+'ers vereenzelvigen met Geer en Goor. Een redelijk mens weet dat niet iedere katholieke priester zich vergrijpt aan kinderen.
Maar als het om Zwarte Piet Gaat, wordt er geen onderscheid gemaakt tussen de extremisten en de ouders die gewoon met hun kinderen van de intocht willen genieten. Waarom? Omdat het de arbeidersklasse betreft!

Zoals de LGBTI+ rechten door rechts zijn gekaapt als stok om de moslims mee te slaan, zo wordt nu de pietendiscussie door de elite gekaapt als stok om de (witte) arbeidersklasse mee te slaan. En zo worden twee toch al benadeelde groepen tegen elkaar uitgespeeld. In termen van intersectionaliteit is dit dossier een drama; wie het aandurft om de discussie vanuit meer dan één dimensie aan te vliegen, komt in een pijnlijke spagaat terecht.
In een column in het NRC schrijft Lotfi el Hamidi:

(...) Terwijl juist de SP in staat zou moeten zijn de proletariërs aller culturen met elkaar te verenigen; op de bodem van de put zijn immers alle auto- en allochtonen blut. (...) Een gezonde socialistische partij heeft een inclusief verhaal.

Hij schreef deze woorden weliswaar in een context waarin hij de SP bekritiseerde vanwege een (vermeend) gebrek aan 'smoel' in het diversiteitsvraagstuk, maar hij kent de SP in potentie een positieve rol hierin toe. Ondanks de kritiek (en de waarschuwing die hij tevens afgeeft) is er optimisme in dit stuk te ontwaren. En ik ben het met hem eens dat een gezonde socialistische partij een inclusief verhaal heeft - ik wil hem er zelfs gelijk in geven dat dit inclusieve verhaal tot nu toe onvoldoende uit de verf komt. Er ligt hier een opgave voor de SP.
Maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan.

Hoe breng je twee groepen samen die tegen elkaar uit worden gespeeld?
In ieder geval niet door in het liberale frame van de elite te stappen. En ook niet door middel van het symbool waarmee deze groepen tegen elkaar uit worden gespeeld.
De strijd tegen racisme moet hand in hand gaan met de strijd tegen sociale ongelijkheid. Dat vergt wederzijds begrip van pro- en anti-pieten. En daarvoor is tijd nodig en dialoog. Veel tijd, en veel dialoog. Want een oplossing laat zich niet forceren. Het gaat niet vanzelf, maar als we elkaar eenmaal hebben gevonden staan we zoveel sterker.
Proletariërs hebben niets te verliezen dan hun ketenen. Zij hebben een wereld te winnen. Proletariërs aller landen, verenigt u!

WORDT (mogelijk) VERVOLGD...

Reactie toevoegen

(If you're a human, don't change the following field)
Your first name.
(If you're a human, don't change the following field)
Your first name.

Plain text

  • Geen HTML toegestaan.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.

U bent hier