overdenking 2010
overdenking 2010
Soms loopt de actualiteit mooi samen met je plannen. Was je van plan om de paasoverdenking van 2010 te laten gaan over 'oordelen', dan is daar plotseling van alles over te doen. De Rooms-Katholieke kerk, toch wel een van de oudste stromingen in het hedendaagse christendom heeft de laatste tijd van oordelen een meer dan actueel thema gemaakt.
Deze actualiteit zette zich in toen een priester de heilige communie weigerde aan een homoseksuele prins carnaval. Immers, je moet schoon van zonde zijn om de communie te kunnen ontvangen, en prins carnaval was dat volgens de priester niet. Dit door zijn openlijk homoseksuele levensstijl.
Op basis van het bijbelboek Leviticus (18:22) heeft die priester natuurlijk volkomen gelijk als hij stelt dat prins carnaval zondig leeft.
"Je mag niet het bed delen met een man zoals met een vrouw, dat is gruwelijk."
Volgens dit bijbelvers is actieve homoseksualiteit inderdaad een zonde.
Maar... waarom wel vasthouden aan Leviticus 18:22, en niet bijvoorbeeld aan Leviticus 19:26-28? "Eet geen vlees waar nog bloed in zit. Laat je niet in met waarzeggerij en wolkenschouwerij. Wanneer je een dode te betreuren hebt, scheer dan het haar aan je slapen niet weg en knip geen stukken uit je baard, kerf geen tekens in je lichaam en breng geen tatoeages aan. Ik ben de HEER." Of aan Leviticus 11; de voedselvoorschriften?
Overtredingen daarop zijn immers ook zonden, en dus grond om de heilige communie te weigeren - in de redenering van deze priester.
Maar is een mens wel gerechtigd om de heilige communie te weigeren? Het christendom baseert zich immers (de naam zegt het al) op Christus. En die zegt hier heldere woorden over: "Oordeel niet, opdat er niet over jullie geoordeeld wordt." (Mattheus 7:1).
Volgens de bijbel is God, en niet de mens, de enige die mag oordelen. Als de mens de euvele moed heeft om zelf te oordelen, dan blijft dat niet zonder gevolgen, want Jezus zegt in Mattheus 7:2: "Want op grond van het oordeel dat je velt, zal er over je geoordeeld worden, en met de maat waarmee je meet, zal jou de maat genomen worden."
Dit overkwam bijvoorbeeld Gerd Leers, die altijd heel secuur was op integriteit. Toen hij zelf een belangenverstrengelende schaats reed, kostte dat z'n politieke kop. Maar, ook de vertegenwoordigers van de Katholieke kerk, in casu deze priester, had wat terughoudender moeten zijn in hun oordeel. Om met de woorden van Jezus te spreken: "Huichelaar, verwijder eerst de balk uit je eigen oog, pas dan zul je scherp genoeg zien om de splinter uit het oog van je broeder of zuster te verwijderen." (Mattheus 7:5)
Dat de Katholieke kerk een balk in haar oog heeft, blijkt ongenadig uit de veelheid aan misbruikzaken die vandaag de dag boven water komen. Zijne Heiligheid Benedictus XVI durft deze verhalen zelfs af te doen als roddel en achterklap!
Nee, oordelen past de mens niet. Oordelen leidt tot intolerantie. Wie is de mens om over een ander mens te oordelen? "Wie van jullie zonder zonde is, laat die als eerste een steen naar haar werpen," sprak Jezus in Johannes 8:7, toen een menigte een overspelige vrouw wilde stenigen. Een straf die gepast is volgens de wetten van Mozes, maar waar kennelijk geen mens (zo blijkt later in het verhaal) voor gerichtigd is om uit te voeren.
De mens maakt fouten. Ieder mens. Daarom mogen we niet oordelen.
Maar als we niet mogen oordelen, moeten we dan alles maar goed vinden? Moeten we het prima vinden dat er onlangs drie mensen in Veenendaal ongenadig zijn aangevallen en mishandeld? Dat de Moskee nu al twee keer is beklad? Hadden we moeten glimlachen toen de Holocaust zich voltrok in de jaren '40? Moeten we onze ogen sluiten voor het grootschalige kindermisbruik door Katholieke priesters en de doofpot waarin het Vaticaan deze affaire probeert te stoppen? Om nog te zwijgen over de schade die de grote bedrijven aan de aarde en al wat daar op leeft toebrengen, en de genocide door corrupte regimes.
Nee.
We hebben de plicht om dit te veroordelen en te bestrijden.
Als Christen, als Socialist, als Mens...
"Verafschuw het kwaad en wees het goede toegedaan," zo lezen we in Romeinen 12:9.
Maar wanneer moet je iemand z'n gang laten gaan, en wanneer moet je oordelen?
Ten eerste is het veilig om over abstracten te oordelen. Ideeen, standpunten, daden - en niet over de mens zelf.
Ik kan het slecht vinden dat het CDA tegen een verbod op dierenporno is, zonder daarmee een CDA'er in zijn volste wezen te veroordelen. Ik kan het neoliberalisme een verderfelijke ideologie vinden, zonder daarbij een VVD'er dan per definitie een verderfelijk mens te vinden. Sterker nog, ik ben erg gesteld op de meeste VVD'ers in mijn kennissenkring.
Ieder oordeel dat niet over de mens zelf gaat is geoorloofd.
Maar ergens ligt een dunne grens tussen de mens en zijn daden, gedachten, gevoelens, overtuigingen.
Een overval gooi je niet in de gevangenis, daarvoor moet je echt de dader hebben.
Homoseksualiteit kun je de communie niet weigeren, homo's wel.
Dat grensgebied verdient bijzondere aandacht. Alles draait hierbij om de vraag of je goed doet met dat oordeel. Want 'goed doen' is, zoals te lezen is in mijn eerdere overdenkingen, de missie die Christenen en Socialisten delen.
Wanneer twee volwassen mannen gevoelens voor elkaar hebben, en besluiten iets met die gevoelens te gaan doen - een relatie opbouwen - dan is dat iets tussen deze twee mannen. En, als je daarin gelooft, ook tussen God.
Het is dan ook niet aan buitenstaanders om hierover te oordelen. Ook niet als je gelooft (wat ik niet doe) dat homoseksualiteit verkeerd is. De priester heeft geen enkel recht om een homoseksueel of wie dan ook de communie te weigeren.
Wanneer er echter derden in het spel zijn, is oordelen en optreden noodzakelijk. Kinderen moeten beschermd worden tegen pedoseksuele priesters, de bossen in Indonesie tegen palmolieplantages - de producten van de hebzucht van Nestle. Kinderarbeid en slavernij moeten woden uitgebannen. Schoonmakers verdienen een goed loon en goede arbeidsvoorwaarden. Homo's verdienen bescherming tegen homofobe geweldsmisdrijven.
Kortom: als je oordeel iets belangrijkers dient dan sec het oordeel, dan is het geoorloofd. Dan is het goed.
Kom je op voor de ander, de kwetsbare mens, dan dien je immers God.
"En hij zal hun antwoorden: 'Ik verzeker jullie: alles wat jullie voor een van deze onaanzienlijken niet gedaan hebben, hebben jullie ook voor mij niet gedaan.' Hun staat een eeuwige bestraffing te wachten, de rechtvaardigen daarentegen het eeuwige leven." (Mattheus 25: 45, 46)
- Zie ook:
- Jan Breur