Brief aan Leonie Breebaart
Brief aan Leonie Breebaart

Vervuil geen solidariteitsuitingen met verdachtmakingen
Geachte mevrouw Breebaart,
Het protest van Palestijnen tegen Hamas heeft, zo schrijft u in uw column van 27 maart, 'iets van de verdenking' weggenomen dat pro-Palestinademonstranten zich automatisch scharen achter Hamas. "Iets, maar niet alles," schrijft u. U vraagt zich af hoe Hamas-gezind pro-Palestinademonstranten zijn.
Waar die verdenking op gebaseerd is, onderbouwt u nergens.
U geeft wel aan dat Israel misdaden pleegt. U noemt het geweld tegen de Palestijnen excessief. U herkent ook de paralellen met 'de bekende jodenhaat' en u noemt zelfs David Grossman als voorbeeld van een Joodse schrijver die deze paralellen ook ziet en benoemt.
"Vanzelfsprekend is woede over Netanyahu's minachting van Palestijnse levens volkomen gerechtvaardigd," zijn uw eigen woorden.
Ondanks dat u dit onrecht ziet en benoemt, ondanks dat u woede hierover volkomen gerechtvaardigd zegt te vinden, plaatst u eenieder die deze woede daadwerkelijk uit onmiddellijk in het verdachtdenbankje. Waarom?
U licht nergens toe waarom u denkt dat wanneer iemand die het niet okee vindt dat er 50.000 onschuldige Gazanen - mannen, vrouwen, kinderen, baby's - afgeslacht worden, automatisch Hamas steunt.
Deze gedachtensprong is onnavolgbaar.
"Ik weet niet hoeveel pro-Palestina-demonstranten zouden wensen dat Israël als staat verdwijnt. Misschien zijn dat er maar weinig," schrijft u.
Nu kan ik niet namens alle demonstranten spreken, maar onder degenen die ik ken is er geen enkele die dat wil. De redenen dat wij boos zijn, zijn precies de redenen die u zelf aandraagt en gerechtvaardigd beweert te achten.
Vervolgens vindt u dat de solidariteit met de Palestijnen te zichtbaar is; ook op andere demonstraties. U noemt de Klimaatmars, de Feminist March en de anti-racisme-demonstratie van vorige week.
U vindt dat het daar niet thuishoort.
De Klimaatmars gaat om een leefbare planeet. Hoort Gaza daar niet bij?
En mag er op de Feminist March niet gedemonstreerd worden tegen een regime dat op grote schaal seksueel geweld uitstort op (onder andere) de vrouwen en meisjes in Gaza?
En mag er op een anti-racisme-demonstratie niet gedemonstreerd worden tegen een overheid dat mensen op basis van hun etniciteit letterlijk UITROEIT?
U roept op tot tact, om de in Nederland wonende Joden niet tegen het hoofd te stoten. Dat is begrijpelijk - ook ik heb meermaals tot tact opgeroepen.
Maar hier slaat u de plank mis.
Ten eerste doet u uw oproep na een reeks van verdachtmakingen die u niet onderbouwt, en slechts een flinterdun verband met de oproep vertonen.
Ten tweede roept u op tot wellevendheid. Maar wie maakt er meer aanspraak op wellevendheid: een groep die te lijden heeft onder buitenproportioneel geweld in een gruwelijke oorlog, of een groep die daar part noch deel aan heeft?
Ten derde suggereert u dat de aanwezigheid van Palestijnse vlaggen Joodse Nederlanders ervan zou kunnen weerhouden deel te nemen aan eerdergenoemde demonstraties. Maar wie geen leefbare planeet wil voor ALLE mensen, wie geen veiligheid en lichamelijke integriteit wil voor ALLE meisjes en vrouwen, wie geen ontmenselijking op basis van etniciteit wil voor ALLE mensen - dus inclusief de Palestijnen - heeft op dergelijke demonstraties evenveel te zoeken als een liberaal op een woonprotest.
Het gelijkstellen van solidariteit met het Palestijnse volk aan anti-semitisme of steun aan Hamas getuigt in het gunstige geval van intellectuele luiheid en is in het minst gunstige geval niet anders uit te leggen dan een doelbewuste poging om kritiek op Israël en medeleven met de Palestijnen te delegitimeren danwel te criminaliseren.
Doordat u de moeite heeft genomen op de misdaden van Israël onder het Netanyahu-regime aan te stippen, neemt u iets weg van de verdenking dat het minst gunstige geval op u van toepassing is.
Iets, maar niet alles.
Met vriendelijke groet,
Jan Breur
Deze brief is een reactie op:
- Zie ook:
- Jan Breur
- Bibliotheek
- Veiligheid
Reactie toevoegen