Debuut
Debuut
Eerste schreden in de Provinciale politiek
"Wie mag ik namens de SP het woord geven," zei de voorzitter, "de heer Eggermont?"
"De heer Breur," antwoordde ik.
Het was mijn eerste commissievergadering in de Provinciale Staten.
Eerder die dag liet Andrea weten dat ze ziek was. En aangezien ik, net als zij, in de commissie Milieu&Mobiliteit zit, was ik de aangewezen persoon om haar daar te vervangen.
Natuurlijk had ik liever even de tijd genomen om thuis te geraken in de dossiers en de mores in deze arena, maar ik had me niet bij het team aangesloten om alleen maar toe te kijken. Dus hoewel ik niet verwacht had om zo snel al het woord te moeten voeren, deed ik het met liefde.
Voorafgaand aan de commissievergadering was een informatiebijeenkomst over de overbelasting van het electriciteitsnet. Een overbelasting die men wel en tegelijkertijd niet had zien aankomen. Hierover gaan we het ongetwijfeld nog vaker hebben...
In de commissievergadering zelf ging het ondermeer over het rekenkameronderzoek "Sturing in de OV-concessies". Een pittig onderwerp, waar we gelukkig in de fractie al volop over gesproken hebben en waar ik het meest fanatiek ben ingedoken. Dus ik kwam gelukkig niet met lege handen binnen.
De spreker voor mij was van de PVV. Die pleitte ervoor om de concessie voor het stadsvervoer aan de stad Utrecht over te laten, en de provincie alleen de concessie voor het streekvervoer op zich te laten nemen. Op zich een interessante gedachte, maar is het ook haalbaar? De provincie heeft immers een wettelijke taak?
(Ja, de gemeente Utrecht mag - omdat het een grote stad is - een eigen vervoersbedrijf oprichten in plaats van een marktpartij aan te trekken. Maar hoe zoiets concessie-technisch moet worden vormgegeven is mij nog niet helder.) Dus ik legde hem die vraag voor.
Verder meldde ik dat de SP-fractie vindt dat de volksvertegenwoordiging te weinig invloed heeft bij de concessies: als het Programma van Eisen is vastgesteld zijn de Staten 'uitgespeeld'. Bovendien viel het ons op dat in het rapport de Regiotaxi werd genoemd als Openbaar Vervoer, terwijl die in een ander stuk (Jaar- en Trendrapportage) juist buiten beschouwing werd gehouden omdat het geen Openbaar Vervoer, maar doelgroepenvervoer is.
Ondertussen stelde ik mezelf de vraag of dat gebons van mijn hart nou van de zenuwen of van een overdosis sterke koffie kwam. Maar het was lang, erg lang geleden dat ik me voor het laatst zenuwachtig voelde voor een politiek optreden. En misschien was dit wel iets te veel van het goede, maar het gevoel van uitdaging beviel me wel.
In zijn beantwoording gaf de gedeputeerde aan wat ik al vermoedde: de provincie is wettelijk verplicht om concessie te plegen op het stadsvervoer.
(Waarmee nog niet gezegd is dat het OV verplicht vermarkt moet worden, maar dat is een ander verhaal. Er is vast een constructie te bedenken waarin de stad een 'eigen' publiek vervoersbedrijf heeft, en de provincie voldoet aan haar concessieplicht. Hou nooit op met denken.)
Net als in de gemeente is time-management in de provincie ook een dingetje. Na dit onderwerp was de vergadering al over de tijd heen- en er moest nog bijna de hele agenda afgewerkt worden.
Besloten werd om de volgende avond verder te vergaderen. Andrea had aangegeven dan wel weer fit genoeg te zijn om op te treden. En dat is maar goed ook, want ik had de betreffende avond mijn verplichtingen in de Veense SP-fractie...
Wordt (ongetwijfeld) vervolgd...
Zie ook:
- Zie ook:
- Jan Breur
- Provincie/regio
Reactie toevoegen