Kantorenplan
Kantorenplan

Over een goede samenwerking
tussen de lokale en provinciale volksvertegenwoordiging
"En daarom, ja, ik ga het toch maar zeggen," zei Mieke Hoek, Statennestor en fractievoorzitter van 50-Plus, tijdens de commissievergadering 'Bestuur, Economie en Cultuur en Erfgoed'. "Als mensen naar recreatiegebieden gaan, moeten ze ook af en toe, ja, naar de wc. Ja, het is een stokpaardje aan het worden, maar er moeten wel voldoende toiletten zijn; dat vind ik."
Het betoog was mij bekend. Het was hetzelfde als de vorige keer dat zij het hield in deze commissie. Toen zat ik naast Dane, die deze commissie namens de SP bemenst. Dit keer zat ik er alleen, en zat ik er niet enkel als toehoorder.
Ik kon interrumperen; ik interrumpeerde...
"Is mevrouw Hoek ervan bewust," vroeg ik, "dat de toiletten bij de Maarsseveense Plassen inmiddels geregeld zijn?" Een belangrijke gebeurtenis tussen de vorige commissievergadering en deze, is dat de toiletvoorziening - waar de SP hard voor geknokt heeft - is gerealiseerd. Op de afgelopen regioconferentie mocht in de afdeling Stichtse Vecht van harte feliciteren met dit succes, waaraan verschillende acties aan vooraf zijn gegaan.
"Nou, ja," stamelde Mieke, "hij staat er pas als hij er staat..."
Normaal is Dane onze woordvoerder in deze commissie, maar omdat hij vanwege zijn werk verplichtingen elders had, nam ik voor hem waar. Dat bood mij niet alleen de gelegenheid om Mieke te interrumperen bij het 'Beleidsprogramma Recreatie, Toerisme, Sport en Recreatie', maar ook om al in de commissie te spreken over het kantorenplan. En dat kwam mooi uit, want toen ik die ochtend in de trein stapte, ontving ik een berichtje van Sietse. Veenendaal had mij nodig.
In het Kantorenplan dat die dag voorlag, kwam Veenendaal er nogal bekaaid af. Er mocht geen kantoormeter meer bij - en dat zou de werkgelegenheid niet bepaald ten goede komen. De raadscommissie in Veenendaal had de avond ervoor uitgesproken dat dit niet de bedoeling was, en Sietse wist mij te vinden. Of ik het Veense belang kon verdedigen in de provincie.
En dat kon ik.
In de fractie hadden we de situatie rondom Utrecht Centraal uitvoerig besproken: daar wordt juist onbeperkte kantoorontwikkeling toegestaan. En dat bood mij een mooie gelegenheid om de Veense situatie daaraan te spiegelen.
"In het gebied rondom Utrecht Centraal zou 'ongelimiteerd' extra kantoorruimte moeten worden toegevoegd. Dit gaat ten koste van de levendige mix die we nu hebben in het centrum van Utrecht," sprak ik. "Daartegenover staat de situatie in Veenendaal. Voor de werkgelegenheid is het bijzonder wenselijk dat er meer kantoorruimte wordt gerealiseerd. Maar deze vraag wordt dan weer beantwoord met een keihard NJET."
Na mijn optreden in de Statencommissie ontving ik diverse tekstberichten van Veense gemeenteraadsleden, die mij bedankten voor hun inzet.
En terwijl ik met andere partijen in de provincie werkte aan een voorstel om Veenendaal toe te staan kantoorruimtes te ontwikkelen, gingen zij thuis aan de slag.
In de Gemeenteraad werd een motie ingediend waarin de onwenselijkheid van de kantorenstop formeel werd uitgesproken. Een raadslid vroeg mij of mijn voorstel in de Provincie op een meerderheid kon rekenen.
"Het is haalbaar, maar niet gegarandeerd," antwoordde ik, "dus een duidelijk signaal vanuit de Gemeenteraad is geen overbodige luxe."
Dit was niet aan dovemansoren gericht; de motie in de Gemeenteraad werd unaniem aangenomen.
Dit succes in de Gemeenteraad - waaraan Sietse actief had bijgedragen - gaf mij weer munitie in Provinciale Staten voor 'mijn' voorstel. Nog steeds was een meerderheid niet gegarandeerd; het was dus spannend. En het thuisfront keek weer mee...
Wat betreft het stationsgebied voor Utrecht wist gedeputeerde Van Schie mij niet echt gerust te stellen: "Ongelimiteerd moet je natuurlijk niet letterlijk nemen. Op een gegeven moment is de boel volgebouwd, en dan is daar de limiet."
Voor Veenendaal had hij sussende woorden dat het heus zo'n vaart niet zou lopen. Maar het signaal uit het Veen was sterker.
Ons voorstel kreeg een meerderheid achter zich. Eentje die minde nipt was dan ik vooraf had berekend.
Het is gelukt: Veenendaal mag blijven bouwen. Mede dankzij de inzet van de SP in zowel de Gemeenteraad als in Provinciale Staten is de werkgelegenheid ook in de toekomst gewaarborgd.
Ook nu weer mocht ik mij wentelen in tekstberichten van Gemeenteraadsleden die mij complimenteerden en bedankten. Het is een fijne ervaring; weten dat je gezien en gewaardeerd wordt. Aangezien Provinciale Staten een vrij onzichtbare bestuurslaag is, maak ik dat niet al te vaak mee. Het was ook fijn om zo hecht contact te hebben met Gemeenteraadsleden; zeker van mijn eigen Gemeente. De mensen met wie ik zo lang samen heb gewerkt.
Ik kijk al uit naar de Regioconferentie van volgend jaar,
waar ik dit succes mag uitventen.
Zie ook:
- Toiletten bij Maarsseveen
- Regioconferentie
- Provinciale SP kraakt kantorenplan
- Samen voor werkgelegenheid
- Veenendaal naar de top!
Blogs:
- Succesvolle samenwerking
Sietse van der Bij - Genderneutraal
Jan Breur
Reactie toevoegen